In het oeuvre van De Pillecyn zijn drie periodes te onderscheiden:
- Het proza uit de eerste periode sluit vanuit zijn belangstelling voor geschiedenis en figuren als monniken en kasteelheren aan bij de historische romantiek.
- Zijn tweede periode, in de jaren dertig, wordt gekenmerkt door een meer psychologisch proza, maar blijft schatplichtig aan een romantische invalshoek.
- De derde periode start met “Soldaat Johan” en geeft de weerslag weer van het sociaal en ideologisch denkkader van de schrijver.
Poëzie
- “Onder den hiel” (1920 – samen met Jozef Simons)
(Heruitgegeven als bibliofiele uitgave in 2008 door het FDP-comité met illustraties van frontkunstenaar Karel Lauwers)
Toneel
- “Margaretha Van Eyck” (1914 – gedramatiseerde legende)
- “Dona Mirabella” (1952)
Biografieën
- “Pastoor Denijs” (1927)
- “Monseigneur Bermijn: de Paulus van Ortosland” (1929)
- “Pater Constant de Deken” (1929)
- “Renaat De Rudder” (1931)
- “Joe English, leven en werken” (1932)
Essays
- “Hugo Verriest” (1926)
- “Stijn Streuvels en zijn werk” (1932)
- “Het boek van Sint Niklaas” (1934)
- “Stijn Streuvels” (1959 – verschenen in de reeks “Ontmoetingen”)
Novellen
- “De rit” (1927 – oorlogsnovelle)
- “Monsieur Hawarden” (1935)
- “De aanwezigheid” (1937)
- “Schaduwen” (1937)
- “De boodschap” (1946)
- “Rochus” (1951 – verschenen als bibliofiele editie n.a.v. de 60ste verjaardag van de schrijver)
- “Het boek van de man Job” (1956)
- “Elisabeth” (1961)
Romans
- “Pieter Fardé, de roman van een minderbroeder” (1926)
- “Blauwbaard” (1931 – met illustraties van Jan Fr. Cantré)
- “Hans van Malmédy” (1935 – bekroond in 1936 met de Prijs voor Letterkunde van de Prov.Antwerpen)
- “De soldaat Johan” (1939 – bekroond in 1942 met de Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies)
- “Jan Tervaert” (1947)
- “Mensen achter de dijk” ( 1949)
- “De veerman en de jonkvrouw” (1950)
- “Vaandrig Antoon Serjacobs” (1951)
- “Aanvaard het leven” (1956)
Gevangenisdagboek
- “Face au mur” (1947-49 │publicatie in 1979)
Brochures en bijdragen
- “Praktische wenken bij het schrijven van onze moedertaal” (1917 – leerboekje voor de Vlaamse soldaten aan het front)
- “Het proces van den veiligheidsdienst” (1920 - pamflet)
- “Amnestie” (1921 – uitgegeven na de interpellatie Huysmans op 18.01.1921)
- “De dief” (1930)
- “Gedecoreerd met de ster van Bethlehem” (1935)
- “Heldenhulde in Vlaanderen” (1938)
- “Het hart met zeven zwaarden” (1938)
- “Aan Schelde en Durme, het soete land van Waas” (1939)
- “Hoe de zwarten in den hemel kwamen” (1950 – hekelproza onder het pseudoniem Filip den Duvel)
- “Twistgesprek tussen Demer en Schelde” (1956 – met Ernest Claes)
- “Hugo Verriest” (1959)
- “Kiespijn der ziel: onuitgegeven journalistiek” (1981)